Een foto bekijken gaat sneller dan een tekst lezen. Maar als je wat langer kijkt, ga je details zien. En dan rijzen soms vragen. Fotodetective Hans Aarsman toont ons dit al jaren als hij krantenfoto’s analyseert. Hij leert ons dat er veel meer te zeggen valt over een beeld en dat onze eerste snelle blik vaak te vluchtig blijkt. Ik kom dit ook tegen als ik historisch materiaal bekijk. Wat zie je echt?
Door: Aly Hendriks
Op mijn website EindelozeVerhalen.nl breng ik de geschiedenis van Yagán-indianen uit Vuurland tot leven in verzonnen verhalen. Daarvoor zoek, kijk en lees ik veel. Na een eerste vakantie, een bezoek aan een museum, het bekijken van veel websites en nog meer boeken, raken mijn indrukken steeds verder ingekleurd. Soms zie ik foto’s op internet, waarbij staat dat het Yagán-indianen betreft. Maar ik zie andere kleren, maskers of beschilderingen dan ik verwacht na alles wat ik heb opgestoken. Regelmatig vraag me af: Wat zie ik hier? Wie is de fotograaf? Wanneer is de foto genomen?
Eerste ontmoetingen
Het nieuws dat in Vuurland indianen leefden, bereikte de rest van de wereld dankzij ontdekkingsreizigers als Magellaan (1520). Een eeuw later, in 1624, is Jacques l’Hermite, admiraal van de Nassause vloot (een gezamenlijke onderneming van de Staten-Generaal en de VOC) de eerste die de Yagán persoonlijk ontmoet. De Yagán waren één van de indianenvolken die in Vuurland woonden. Zij trokken als nomaden in kano’s over de wateren in het zuidoostelijk deel: van het Beagle-kanaal tot en met Kaap Hoorn. De Yagán leefden voornamelijk van mosselen, vis, eieren, zeewier en waterspinazie. Ze leefden in hun kano, maar overnachtten op het strand in een hut die werd achtergelaten om weer te worden hergebruikt door een volgende familie.
Sinds de komst van de Europeanen en Amerikanen is de leefomgeving van de Vuurland-indianen dramatisch snel veranderd (denk aan de gevolgen van walvisvaart en goudkoorts tussen 1780-1825) en zijn ziektes gekomen. Met als gevolg dat de oorspronkelijke bevolking vrijwel geheel is uitgestorven.
Beeld van taal en cultuur
Missionaris en etnoloog Martin Gusinde maakte tussen 1918 en 1924 vier reizen vanuit het Chileense Santiago naar Vuurland. Geschat wordt dat hij 22 maanden verbleef in het gebied van de Vuurland-indianen, waarvan zo’n 2,5 maand bij de Yagán. Hij maakte beschrijvingen en nam bijna duizend foto’s van de indianenstammen. Foto’s die op ons, nu, een authentieke indruk maken: zo hebben deze mensen geleefd, dit waren hun rituelen.
Maar als ik naar Gusindes foto’s kijk, zie ik mensen die poseren. Want als ik langer kijk, merk ik moderne schoenen op en ook tentdoeken of kleding van katoen. Dan besef ik dat ik een modern beeld zie. Want de Yagán leefden oorspronkelijk vrijwel naakt; grote kledingstukken zaten bij het jagen en vissen in de weg. Als ze al iets droegen, was het een klein stukje dierenvel om de schouders. Bij extreme kou van snijdende wind, beschermden ze zich door zich in te smeren met dierenvet. De Yagán hadden hun lichaam gewend gemaakt aan de kou, ‘zoals jullie gezicht daaraan is gewend’ vertelde een van hen ooit aan een Europeaan.
Deze foto’s tonen iets wat al bijna niet meer bestond. Toen Gusinde in 1918 naar het gebied kwam, leefde nog amper tien procent van alle indianen. De meesten van hen hadden hun oorspronkelijke leefwijze verruild voor een bestaan op of rond de missieposten. Ze raakten hun kennis van het nomadenbestaan en de rituelen vrij snel kwijt.
Martin Gusinde vermeldt dat de Yagán al dertig jaar lang geen geheime ceremonies meer hadden uitgevoerd. Hij heeft de Yagán met hulp van zijn informant en vertaler Nelly Lawrence, gevraagd hun authentieke inwijdingsritueel nog eens uit te voeren. De Yagán hebben op hun beurt Martin Gusinde (foto achteraan vierde van links) gevraagd dan ook zelf mee te doen als kandidaat. Bij zijn inwijding kreeg hij een Yagán-naam.
Authentiek of niet?
Op de foto, uit 1922, zie je een groepsportret van de deelnemers aan de initiatierite Chiéxaus: jongens en meisjes werden rond hun twaalfde voorbereid op een zelfstandig bestaan en ze leerden over de waarden en normen van het leven. (Een andere rite, Kina, was uitsluitend voor jongens om te leren over hun relatie met vrouwen.) Mij valt op dat slechts één persoon op de achterste rij, vierde van rechts een ontbloot en beschilderd bovenlichaam heeft. Enkele aspecten lijken authentiek, waaronder de beschilderingen, de donsveren hoofdbanden en de ceremoniële staf die de meesten in de hand hebben. Jurken, rokken, broeken, bloezen, vesten en jassen van katoen of wol droegen deze indianen tot midden 19e eeuw niet. Dit deden ze pas nadat ze vaker met de missie in aanraking kwamen of er gingen wonen en werken. Hieruit leid ik af dat je iets ziet uit de jaren nadat het nomadenbestaan was verlaten.
Wat betekent dit alles nu? Heeft deze foto eigenlijk wel waarde? Dat zeker, want de foto heeft meer lagen dan je op het eerste gezicht zou vermoeden. En de authenticiteit zit hem in iets anders dan in de ‘echtheid’ van wat deze indianen hier tonen. Het is ten eerste een echte historische foto van het werk van een etnoloog die in 1922 erfgoed reconstrueert en vastlegt. De tweede laag van het beeld is het ritueel zelf; dat is niet authentiek en was dat ook in 1922 al niet meer, want de Yagán leidden geen nomadenbestaan meer en hun rituelen waren veelal zaken uit het verleden geworden.
In haar proefschrift van 2004 over de foto’s van Gusinde uit Vuurland constateerde Marisol Palma dat de weliswaar geënsceneerde foto’s hoe dan ook iets van hun culturele wereld met gebaren, posen, beschilderingen en kleding overbrengen.
Alles bij elkaar vind ik het een spannende oefening om de vele historische foto’s te bekijken en het verhaal te lezen dat erbij wordt gegeven. Ik realiseer me dat ik vaak kijk naar iets wat veelal in scene is gezet. Dat wat ik zie op het moment van fotograferen al niet meer authentiek was. Dat ik vaak brokjes informatie aaneen moet rijgen om mij een beeld te vormen en dat telkens bij te stellen aan de hand van nieuwe studies. En dat het goed is dat de, vaak gereconstrueerde, beelden -net als ander bronmateriaal- bewaard worden. Want dit is wat we hebben om vandaag nog een indruk te krijgen van een groep mensen, hun leven en hun gebruiken in een tijd waarnaar we niet kunnen terugkeren.
Foto: Museo Martin Gusinde / Anthropos Institut. Sankt Augustin, Germany (GU 32.65)]